Het bedrijf
De grondlegger van ons familiebedrijf is Jan Vijverberg, die het bedrijf in 1940 in Naaldwijk heeft opgericht. In 1967 als zijn zoon Piet Vijverberg tot het bedrijf toetreedt wordt er van het bedrijf meer een eenheid gemaakt. In 1980 treed Jos Vijverberg, een andere zoon van Jan, toe tot het bedrijf. De huidige bedrijfsnaam: “Fa. J. Vijverberg & Zn” vindt hier zijn oorspong. In 2003 treden Arjan en Marijn Vijverberg, zoons van Piet, toe tot de firma. Beiden hebben de studie HBO Tuinbouw gedaan. Vervolgens wordt het bedrijf uitgebreid tot de huidige omvang van 2,7 ha. Sinds 2010 werkt Arjan ook voor DLV Plant als teeltadviseur voor tomaten.
De teelt
Ons teeltseizoen start elk jaar aan het einde van december. Op de grond leggen we wit plastic zodat zonlicht dat naast de planten valt terug reflecteert naar de planten. Eveneens leggen we nieuwe steenwol matten op de grond waar de planten op kunnen groeien. De plantjes worden opgekweekt door een speciaal bedrijf en worden begin november aangeleverd en bij ons gezaaid. De plantjes zijn dan ongeveer 30 cm groot en hebben ongeveer vijf bladeren.
Tomatenplanten groeien per week ongeveer zo’n 25 centimeter. Om de planten netjes te houden worden ze elke week in het touwtje gedraaid zodat ze omhoog naar het licht kunnen groeien. Het indraaien van de tomatenplanten is specialistisch werk dat lastig te leren is. Ervaren medewerkers kunnen wel meer dan 1000 tomatenplanten per uur indraaien.
Het groeiproces
Rond 10 januari gaan de eerste bloemetjes bloeien. Deze bloemetjes moeten worden bestoven zodat er vruchtjes aan de planten kunnen komen. Hiervoor hebben we onze aller trouwste medewerkers: de hommels. In één hommelkastje zitten één koninginnenhommel met ongeveer vijftig werksters.
Elke week groeien er aan de bovenkant van de plant ongeveer drie bladeren en één tros per plant per week bij. Om er voor te zorgen dat de tomaten in het licht hangen worden er wekelijks drie oude bladeren aan de onderkant verwijderd. Het is belangrijk dat het bladsnijden heel netjes wordt gedaan, omdat de er anders te grote of rafelige wonden op de planten ontstaan waar schimmels op kunnen gaan groeien.
Vanaf maart laten we een keer per twee weken de planten ongeveer een halve meter naar beneden zakken. Een tomatenplant kan wel 9 meter lang worden en dat betekend dat ze in maart al met hun kop boven in de kas zitten. Door ze te laten zakken kunnen ze weer goed doorgroeien.
Het oogsten
Halverwege maart is het dan eindelijk zover: de eerste tomaten worden rijp. Vanaf dat moment worden de rijpe tomaten van de trossen afgeplukt. Dit gebeurd met de hand. De tomaten worden ongeveer om de drie dagen geoogst, hierdoor hebben ze precies de juiste rijpheid.
In de zomerperiode gaat de teelt altijd heel regelmatig. Elke week komt er boven aan in de plant een tros tomaten bij en onder in is er weer een rijp. De planten worden een keer per week ingedraaid, er wordt een keer blad gesneden en twee á drie keer per week geoogst. Vaak is het erg gezellig in de kas vanwege de scholieren en studenten die vakantie hebben en wat komen bijverdienen bij ons in de kas.
In de winter is er in Nederland te weinig licht om tomaten te kunnen telen. Daarom stoppen we begin november met de teelt. In de eerste week van september halen we daarom dan de kop al uit de planten. Er komen dan geen nieuwe tomaten meer aan. In november wordt heel de kas leeg geruimd en schoongemaakt. Al het afval wordt zo afgevoerd dat het kan worden gerecycled.
Duurzaamheid
Bij ons op het bedrijf proberen we op diverse manieren rekening te houden met het milieu. Zo maken we voor 90% gebruik van restwarmte die afkomstig is van de elektriciteitscentrale van EON in Rotterdam. Goede isolatie zorgt er tevens voor we weinig warmte nodig hebben. De CO2 die planten nodig hebben om te groeien komt eveneens via de elektriciteitscentrale en van de fabrieken van Shell. Normaal zou dit gewoon de lucht in gaan, maar op deze manier kunnen wij het nuttig gebruiken.
Tot slot hebben wij onze eigen waterkringloop op het bedrijf waarmee we veel water en mineralen besparen. We gebruiken regenwater voor de bewatering van de planten. Om de ervoor te zorgen dat de planten steeds vers water en genoeg mineralen hebben geven we altijd iets meer water dan ze nodig hebben. Het teveel aan water vangen wij op en gebruiken we opnieuw.