Groenten in een jasje

Maak de groenten schoon. Snijd de knolselderij of koolraap eerst in dikke plakken, schil deze en snijd de plakken in repen, zoals frites.

Kook de knolselderij of koolraap in kokend water met zout circa 5 minuten voor. Laat de groente goed uitlekken en dep de repen droog. Maak de spruitjes schoon en kook deze 9 - 12 minuten voor. Laat de groente goed uitlekken en dep de spruitjes droog. Maak de bloemkool schoon, verdeel deze in roosjes en kook deze circa 5 minuten voor. Laat de roosjes goed uitlekken en dep ze droog.

Maak intussen het beignetbeslag naar keuze. Zeef de bloem of het zelfrijzend bakmeel met het zout. Breek het ei in een kuiltje in de bloem en roer vanuit het midden. Voeg het bier (de melk of het water) al roerende toe en meng dit tot een glad beslag. Of: zeef de bloem met het zout. Meng de eidooiers en de olie erdoor. Voeg al roerende het mineraalwater toe en meng tot een glad beslag. Schep de stijfgeslagen eiwitten er luchtig door.

Haal de goed uitgelekte roosjes of stukjes groente door het beslag. Laat overtollig beslag eraf lopen en frituur de groente met enkele stuks tegelijk 1 - 2 minuten in de hete olie (180 °C). Controleer de temperatuur van de olie (bij gebruik van olie in een gewone frituurpan) door er een stukje brood in te gooien, dit moet snel bruin en knapperig worden. (Nooit teveel tegelijk omdat de olie dan teveel afkoelt en het beslag gaat koken in plaats van bakken.)

Serveer de gefrituurde groente als voorgerecht of als bijgerecht. Ook is het leuk de groente in een flensje te serveren met een kruiden-, kaas-, kerrie- of tomatensaus. Garneer het gerecht eventueel met geroosterde sesamzaadjes.