De Cox is een platte, brede appel en hij is klein van stuk. De appel is bleekgroen van kleur. Als de appel helemaal rijp is, verandert de kleur.
Coxrecepten
Alle coxreceptenAankooptips
Bij aankoop hoort een Cox appel er gaaf, stevig en onbeschadigd uit te zien. Appels zijn erg stootgevoelig. Stoten of butsen veroorzaakt beurse plekken. Behandel appels dan ook voorzichtig.
Wanneer in het seizoen
Jaarrond verkrijgbaar
Cox is het hele jaar verkrijgbaar.
Beschikbaar uit Nederland
Appels van het ras Cox zijn verkrijgbaar van half september tot en met maart.
Bewaren
Een Cox appel is na aankoop circa 2 weken houdbaar. Bewaar appels op een koele, donkere plaats. Bij voorkeur in de koelkast, daar blijven ze tot wel 4 weken goed. Appels die op de fruitschaal liggen worden snel overrijp en doordat ze veel ethyleen produceren beïnvloeden ze bovendien het overige fruit op de fruitschaal nadelig.
Bekijk alle cox receptenSchoonmaken
Was de Cox, verwijder het klokhuis en schil de appel indien gewenst. Appels verkleuren na het schillen snel. Voeg citroensap toe om bruinverkleuring te voorkomen.
Door de zachtzure smaak heerlijk als tussendoortje!
Smaak
De Cox heeft een zachtzure aromatische smaak en is daarom heerlijk om uit de hand als gezond tussendoortje op te eten. In combinatie met andere appels kan de Cox ook uitstekend worden gebruikt als moesappel.
De Cox is ook heerlijk om te verwerken in een frisse fruitsalade of in warme gerechten. Je kunt de appels vullen en bakken in de oven, stoven of frituren. Maak van Cox appels ook eens een taartbodem of vul een cake met een lekkere compote. Je kunt er ook een appelsap van maken of wat dacht je van een saus, chutney of jam?
Meer informatie
De Cox is een platte, brede appel en hij is klein van stuk. De appel is bleekgroen van kleur. Als hij helemaal rijp is, verandert de kleur naar geel met een oranjerode blos en strepen. Het vruchtvlees is geel en stevig.
Als cultuurvrucht is de appel al heel lang bekend, langer waarschijnlijk dan de peer. Dat valt onder andere af te leiden uit vondsten in Italië en Zwitserland, waar bij prehistorische paalwoningen resten zijn gevonden van gekweekte appels. Deze moeten al zo'n 4500 jaar geleden zijn geteeld. Over de wilde voorouders van de moderne appel bestaat enige onzekerheid. Waarschijnlijk heeft de Europese wilde appel als stamsoort niet zo'n grote rol gespeeld. Een grote rol zou wel zijn weggelegd voor de Astrakanappel uit Siberië en Noord-China.
Ze zijn niet alleen lekker, maar appels bevatten ook veel voedingsvezels en natuurlijke suikers. Voedingsvezels zorgen voor een goede spijsvertering en helpen bij de opname van andere belangrijke voedingsstoffen. De natuurlijke suikers in appels worden langzamer opgenomen dan gewone suikers waardoor ze je langer energie geven. Daarnaast bevat de appel relatief veel vocht. Daarom bewaren we al eeuwen een appeltje voor de dorst.