
Suikermeloen (cantaloupe) - De witte suikermeloen is een lekkere, zoete meloen uit eigen land. De meloen wordt in kassen gekweekt en is daardoor het hele jaar door verkrijgbaar.
Suikermeloen (cantaloupe) - De witte suikermeloen is een lekkere, zoete meloen uit eigen land. De meloen wordt in kassen gekweekt en is daardoor het hele jaar door verkrijgbaar.
Bij aankoop hoort de Cantaloupe stevig aan te voelen. Hij mag geen zachte, beurse plekken vertonen. Je kunt een rijpe meloen herkennen aan zijn zoete geur. Ook moet de schil bij lichte vingerdruk iets meegeven.
De Cantaloupe is bijna jaarrond beschikbaar uit Spanje, Honduras en Brazilië.
Cantaloupe is het hele jaar verkrijgbaar.
Rijpe Cantaloupe meloenen kun je het beste zo snel mogelijk consumeren. Ze zijn nog 1-2 dagen houdbaar in de koelkast.
Bewaar ook stukken en partjes meloen in de koelkast. Onrijpe meloenen kun je het beste buiten de koelkast bewaren, zodat ze kunnen narijpen. Afhankelijk van de rijpheid is de meloen meestal ca. 1 week te bewaren. Houd er wel rekening mee dat meloenen een sterke, zoete geur afgeven. Melkproducten bijvoorbeeld kunnen dit makkelijk opnemen, dus bewaar ze niet te dicht bij elkaar (in de koelkast). In de diepvries zijn stukjes meloen bij minimaal -18°C tot 12 maanden houdbaar.
Snijd de Cantaloupe door en verwijder de (eventuele) pitten. Je kunt de meloen uit de schil eten of het vruchtvlees van de schil af snijden.
De Cantaloupe meloen is vernoemd naar een klein plaatsje in Italië waar de meloen geteeld werd in de tuinen van de paus. De meloen is groen aan de buitenkant en heeft geel tot oranjekleurig vruchtvlees.
Meloenen zijn familie van komkommers. De meloen is eigenlijk geen fruit, maar groente. Je kunt meloenen goed kruisen tot andere soorten, waardoor er een enorme variatie van deze vrucht te koop is. Er bestaan meer dan 70 verschillende meloensoorten.
De vrucht wordt in veel tropische en subtropische streken verbouwd. Ook groeien ze onder gecontroleerde omstandigheden in Nederlandse kassen. Meloen is een eenjarige plant die veel warmte en licht nodig heeft. Meloenplanten met grote bladeren dragen ook grote vruchten. Er zijn kruipende planten en meloenplanten die omhoog groeien langs touwen. De hommels in de kas zorgen voor de bestuiving van de bloemen waar vervolgens de vrucht uit zal groeien.
Al ver voor de Christelijke jaartelling was de meloen bekend. De meningen over het exacte moment van ontstaan liggen ver uiteen: 1000, misschien zelfs 4000 jaar voor Christus. Ook de Grieken en Romeinen waren al bekend met de meloen. In de 15e eeuw bracht Karel VIII de meloen mee uit Italië.